De Flevolander

De Flevolander is een kruising van het Fins Landschaap met de Ile de France en is een van de vruchtbaarste schapenrassen in Nederland.
Het Fins Landschaap is een zeer productief schaap. Van oorsprong werd het Fins Landschaap gehouden om zijn pels. De Ile de France is een vleesschaap, met de lange bronst als eigenschap. De Ile de France is minder vruchtbaar dan het Fins landschaap.

De basis van de Flevolander ligt bij het schapenonderzoek dat het Instituut voor Veeteeltkundig Onderzoek deed in het begin van de jaren ’70. Doel was het ontwikkelen van een vruchtbaar vleeslammoederdier met een tussenlamtijd van 8 maanden. Vanaf de jaren ’80 zijn de eerste dieren naar praktijkbedrijven gegaan met als resultaat in 1984 20 bedrijven met 600 dieren. In de jaren daarna is het NFS opgericht. Hierover kunt u meer lezen onder het kopje het NFS.

De eigenschappen

De Flevolander kan door de zeer lange bronst 3 keer per 2 jaar lammeren. Door een bedrijfsvoering met 2 groepen kan men daardoor elke 8 maanden een lammerperiode creëren en daarmee 3 lammerperiodes per jaar.

De melkproductie van de Flevolander is prima. Ze kunnen zonder problemen 2 lammeren per worp zelf zogen.

Bij Flevolanders komen zelden geboorteproblemen voor. Door hun ruime bouw kunnen ze veel voer opnemen zonder dat ongeboren lammeren daardoor in het gedrang komen. Een ander opvallend punt van de Flevolander is de vitaliteit, waardoor ze lang kunnen produceren.

Met name de jaarrondproductie maakt de Flevolander tot een ras dat uitstekend voldoet aan de eisen van een moderne, bedrijfseconomische schapenhouderij, afgestemd op de vraag van de markt.